De Californische populatie blauwe vinvissen, die zich tussen de evenaar en de Golf van Alaska beweegt, telt nu 2200 exemplaren. Dat is bijna evenveel als honderd jaar geleden, melden wetenschappers in Marine Mammal Science.
De blauwe vinvispopulatie ging sterk achteruit door de walvisjacht. Van 1905 tot 1971 werden er 3400 van deze populatie gedood, berekenden de onderzoekers. Wereldwijd bleef minder dan 1 procent van de blauwe vinvissen over. Nu zijn er minder dan 25.000.
Omdat uitsterven dreigde, mag sinds 1966 mag niet meer op de blauwe vinvis gejaagd worden. Californië betaalt vrachtschepen nu ook een premie van 2500 dollar als ze trager voor de Californische kust varen en zo de kans op een aanvaring met een walvis verkleinen (met de premie probeert men ook de luchtvervuiling te verminderen).
De onderzoekers zeggen dat de Californische populatie nu trager zal groeien doordat de habitat stilaan zijn capaciteit heeft bereikt.
De blauwe vinvis is het grootste dier dat op aarde. Hij kan tot 33 meter lang worden en weegt makkelijk 100 ton.
